De nieuwe regels voor de beoordeling van arbeidsrelaties zijn een stap dichterbij. Op 7 juli jl. is namelijk eindelijk de Wet Verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden (Vbar) ingediend bij de Tweede Kamer. Toch blijft het werken met modelovereenkomsten bij het inhuren van zzp’ers voorlopig belangrijk.
De inhoud van deze update bevat algemene informatie. Hoewel bij de samenstelling daarvan de uiterste zorgvuldigheid is nagestreefd, aanvaarden wij geen aansprakelijkheid voor eventuele onjuistheden en de gevolgen daarvan.
Tips voor de ondernemer
- Werk volgens de modelovereenkomst!
- Neem bedrijfsmiddelen met vervroegde afschrijving tijdig in gebruik
- Meer tijd voor aflossen coronaschulden bij saneringsakkoord
- Verblijfskosten eigen rijders 2025
- Verzoek tijdig om teruggaaf buitenlandse btw
- Let op start tweede aanvraagronde AanZET-subsidie!
- Beperking contante betalingen
- Check je activiteitenomschrijving – de KvK wijzigt de SBI-codes!
Tips voor de DGA
- Start heropening toegang tot UBO-registers
- Nieuwe regels voor snelle oplossing aandeelhoudersgeschillen
Tips voor werkgevers en werknemers
- Gewijzigde vergoedingen buitenlandse dienstreizen
- Terug van weggeweest: vereenvoudigde beoordeling 60-plussers
- Subsidie voor stimulering duurzamer reizen
- Maak tijdig bezwaar tegen Wtl-beschikking 2024
- Aanvraagperiode subsidieregeling Praktijkleren loopt ten einde
Tips voor elke belastingbetaler
- Eerste uitspraken massaalbezwaarplusprocedures
- Wel of niet box-3-heffing terugvragen?
- Alsnog aftrek betaalde lijfrentepremie – hoe dan?
- Schenken met gesloten beurs
- Check je recht op zorgtoeslag
- Geld pinnen blijft mogelijk
Tips voor de ondernemer
Werk volgens de modelovereenkomst!
De nieuwe regels voor de beoordeling van arbeidsrelaties zijn een stap dichterbij. Op 7 juli jl. is namelijk eindelijk de Wet Verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden (Vbar) ingediend bij de Tweede Kamer. Toch blijft het werken met modelovereenkomsten bij het inhuren van zzp’ers voorlopig belangrijk.
De Vbar beoordeelt de gezagsverhouding tussen opdrachtgever en zzp’er aan de hand van criteria die voortvloeien uit de rechtspraak van de Hoge Raad. Daarnaast wordt er bij een lager uurtarief dan € 36 van uitgegaan dat er een arbeidsovereenkomst is, tenzij de opdrachtgever kan aantonen dat er toch geen sprake is van een arbeidsovereenkomst. Het UWV, de Belastingdienst en de Arbeidsinspectie kunnen overigens dit zogenoemde rechtsvermoeden niet inroepen. Het is de bedoeling dat de wet op 1 juli 2026 in werking treedt.
Tot die tijd gelden dus de huidige regels, waarbij modelovereenkomsten een belangrijk hulpmiddel zijn. Deze zijn nog tot 1 januari 2030 geldig. Maar let op: een modelovereenkomst vrijwaart de opdrachtgever alleen van naheffingen als er ook daadwerkelijk wordt gewerkt volgens de modelovereenkomst. De Belastingdienst is sinds 1 januari 2025 weer actief bezig met bedrijfsbezoeken en boekenonderzoeken, waarna een naheffing van loonbelasting en sociale premies aan de opdrachtgever kan worden opgelegd, mocht er toch sprake zijn van een arbeidsovereenkomst.
Daarnaast loopt de opdrachtgever bij schijnzelfstandigheid ook nog andere risico’s, zoals de verplichting om alsnog pensioenpremies te moeten afdragen, loon door te betalen bij ziekte en arbo-verplichtingen. Mocht de zzp’er toch een werknemer blijken te zijn, dan kan hij of zij ook aanspraak maken op alle rechten die bij een arbeidsovereenkomst horen, zoals vakantiedagen en ontslagbescherming. Een modelovereenkomst vrijwaart tegen naheffing van loonheffingen door de Belastingdienst, maar is geen garantie tegen deze andere risico’s.
Tip
Check regelmatig of er ook feitelijk nog wordt gewerkt volgens de modelovereenkomst.
Neem bedrijfsmiddelen met vervroegde afschrijving tijdig in gebruik
Tot eind 2023 bestond er tijdelijk een gunstige fiscale regeling om investeringen in nieuwe bedrijfsmiddelen te stimuleren. Deze regeling hield in dat je op nieuwe bedrijfsmiddelen direct al tot maximaal 50% over de aankoopprijs minus restwaarde mocht afschrijven ten laste van de winst van je onderneming. Over het restant moest je regulier afschrijven.
Ook als je zelf een bedrijfsmiddel voortbracht, mocht je versneld afschrijven over de voortbrengingskosten die je in 2023 maakte. Aan deze regeling werd wel een belangrijke voorwaarde verbonden: je moet de bedrijfsmiddelen waarover je vervroegd mocht afschrijven uiterlijk vóór 1 januari 2026 in gebruik hebben genomen. Heb je van deze regeling gebruikgemaakt, zorg er dan voor dat je tijdig aan deze voorwaarde voldoet!
Meer tijd voor aflossen coronaschulden bij saneringsakkoord
Heb je met jouw schuldeisers een saneringsakkoord bereikt over de coronaschulden? Dan kun je sinds 1 juli 2025 mogelijk gebruikmaken van een langere betalingstermijn dan de 12 maanden die tot dan toe golden. Je moet dan wel aannemelijk kunnen maken dat je het bedrag van het saneringsakkoord niet in 12 maandelijkse termijnen kunt voldoen en dat de nakoming van het saneringsakkoord voldoende is geborgd. Dit moet je onderbouwen met een verklaring van een deskundige. Voor bedragen onder € 20.000 volstaat een eigen verklaring.
Dwangcrediteuren
Ook is per 1 juli 2025 de positie van ‘dwangcrediteuren’ bij een saneringsakkoord verduidelijkt. ‘Dwangcrediteuren’ zijn crediteuren die niet willen meewerken aan een akkoord. Tot 1 juli jl. moest je hiervoor eerst uitdrukkelijk een afwijzing vragen aan deze crediteuren. Sinds 1 juli kan de Ontvanger van de Belastingdienst een crediteur als ‘dwangcrediteur’ aanmerken wanneer het aannemelijk is dat deze niet wil meewerken en essentieel is voor de voortzetting van jouw onderneming.
Verblijfskosten eigen rijders 2025
Ben je een transportondernemer (eigen rijder) die meerdaagse – of op meer dagen internationale – ritten maakt en geef je de winst aan in de inkomstenbelasting? Dan kun je er onder voorwaarden voor kiezen om voor de verblijfskosten een vast bedrag per gereden dag in aftrek te brengen van jouw winst. Dit bedrag is voor 2025 vastgesteld op € 50 per gereden dag (in 2024: € 48). Je hoeft dan geen bewijsstukken van de verblijfskosten te bewaren. Kies je ervoor om de werkelijke verblijfskosten af te trekken? Dan moet je wel bewijsstukken bewaren om te kunnen aantonen dat de werkelijke verblijfskosten hoger zijn dan het vaste bedrag per gereden dag.
Verzoek tijdig om teruggaaf buitenlandse btw
Ben je btw-ondernemer en hebben ondernemers in een andere EU-lidstaat in 2024 aan jou buitenlandse btw in rekening gebracht? Dan kun je die btw terugvragen via de Belastingdienst door in te loggen op een speciale website.
Zodra het teruggaafverzoek is ingediend, stuurt de Belastingdienst dit verzoek binnen 15 dagen door naar de belastingdienst van het EU-land waar de btw wordt teruggevraagd. Duurt dit langer, dan maak je mogelijk aanspraak op coulancerente. De teruggaafverzoeken moeten uiterlijk op 30 september 2025 bij de Belastingdienst zijn ingediend. Uitstel is niet mogelijk.
Let op start tweede aanvraagronde AanZET-subsidie!
Op 30 september 2025 start de tweede aanvraagronde van de razend populaire Aanschafsubsidie Zero-Emissie Trucks (AanZET). De subsidiepot is vaak al binnen een of enkele dagen leeg! Overweeg je om een elektrische vrachtauto aan te schaffen? Weet dan, dat je al vanaf 24 september a.s. je conceptaanvraag kunt klaarzetten, die je dan op 30 september a.s. om 9.00 uur direct kunt indienen.
De subsidie is bedoeld voor de aankoop of (financial) lease van een nieuwe uitstootvrije vrachtauto en is een percentage van de verkoopprijs. Dit percentage is afhankelijk van het type vrachtauto en de grootte van jouw bedrijf. Voor middelgrote ondernemingen varieert het subsidiepercentage tussen 12% (maximale subsidie € 29.900) en 21% (maximale subsidie € 83.200). Bij kleine en non-profitorganisaties varieert het subsidiepercentage tussen 14,8% (maximale subsidie € 36.900) en 29% (maximale subsidie € 115.200). In het geval van lease moet de leasemaatschappij de subsidie aanvragen.
Beperking contante betalingen
Beroeps- of bedrijfsmatige handelaren in goederen mogen binnenkort geen transacties in contanten meer verrichten vanaf € 3.000. Dit is bepaald in het wetsvoorstel ‘Wet plan van aanpak witwassen’. Tijdens de behandeling bij de Tweede Kamer is daar wel een acceptatieplicht aan toegevoegd voor contante betalingen tot € 3.000.
Nadat de Tweede Kamer vorig jaar al instemde met dit wetsvoorstel, is onlangs ook de Eerste Kamer akkoord gegaan. Het is de bedoeling om het verbod vóór 1 januari 2026 in te voeren. De exacte inwerkingtredingsdatum zal bij koninklijk besluit worden bepaald.
Check je activiteitenomschrijving – de KvK wijzigt de SBI-codes!
De Kamer van Koophandel (KvK) vervangt tussen 5 en 7 september 2025 een groot deel van de huidige SBI-code(s) in het Handelsregister. Elke 15 jaar worden de codes in heel Europa aangepast aan nieuwe economische ontwikkelingen. De SBI-codes zijn gekoppeld aan de bedrijfsactiviteiten van uw onderneming. De KvK roept daarom ondernemers op om de omschrijving van hun bedrijfsactiviteiten te controleren op Mijn KVK en de omschrijving aan te passen als die niet (meer) klopt. U kunt ook zelf een voorstel doen voor een passende SBI-code. Een onjuiste SBI-code kan verstrekkende gevolgen hebben.
De SBI-codes zijn namelijk voor veel meer zaken van belang dan u mogelijk weet. Zo gebruiken banken en verzekeraars de codes voor het verstrekken van een lening of verzekering. Ook bedrijfstakpensioenfondsen kijken naar de codes om te bepalen of een onderneming terecht wel of niet verplicht is aangesloten. Ook voor het verstrekken van vergunningen en subsidies is een juiste SBI-code van belang. Adviseer ondernemers daarom om hun SBI-codes te controleren op Mijn KVK!
Tips voor de DGA
Start heropening toegang tot UBO-registers
In het vorige FiscKwartaal(tje) berichtten wij je over de instemming van de Tweede Kamer met de Wijzigingswet beperking toegang UBO-registers. Op 8 juli jl. is ook de Eerste Kamer akkoord gegaan met deze wet. De wet is (op enkele uitzonderingen na) op 16 juli 2025 in werking getreden.
Sindsdien hebben bevoegde partijen toegang tot geregistreerde gegevens van uiteindelijk belanghebbenden (Ultimate Benificial Owners) van vennootschappen en andere juridische entiteiten. De toegang tot gegevens van UBO’s van trusts en soortgelijke juridische constructies is nog niet in werking getreden. Daarover wordt nog een apart besluit genomen.
Wie heeft een legitiem belang?
Een van de partijen die toegang hebben gekregen tot de gegevens uit het UBO-register zijn partijen met een legitiem belang. Wie dat zijn, wordt nog vastgelegd in een apart besluit. Maar volgens de Europese richtlijn waarop de Nederlandse regeling is gebaseerd, worden (onderzoeks)journalisten, academici en maatschappelijke organisaties geacht een legitiem belang te hebben. Voorwaarde is wel dat hun verzoek om inzage moet samenhangen met het voorkomen of bestrijden van witwassen of terrorismefinanciering. De Nederlandse regeling zal waarschijnlijk gelijk zijn aan die van de richtlijn, mogelijk aangevuld met een restcategorie bijzondere gevallen.
Als (onderzoeks)journalist kwalificeren journalisten met een perskaart van de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ) of die zijn aangesloten bij een journalistieke koepelorganisatie. Maatschappelijke organisaties mogen geen winstoogmerk hebben en hun doelstelling moet bijdragen aan het bestrijden van witwassen of terrorismefinanciering.
De Kamer van Koophandel is belast met de verificatie van het legitiem belang. Journalisten en maatschappelijke organisaties krijgen na de verificatie een certificaat voor 3 jaar, zonder dat zij per verzoek hun band met een juridische entiteit hoeven aan te tonen. Voor anderen wordt per verzoek het legitiem belang en de band met de entiteit beoordeeld.
Privacy
Persoonsgegevens van UBO’s worden alleen verstrekt aan bevoegde autoriteiten en dus niet aan andere partijen die toegang hebben tot het UBO-register. Ook is de mogelijkheid verruimd om gegevens af te schermen voor personen die bedreigd worden, minderjarigen en handelingsonbekwamen.
Nieuwe regels voor snelle oplossing aandeelhoudersgeschillen
Wanneer het aandeelhouders niet lukt om een geschil op te lossen, kan gespecialiseerde bijstand uitkomst bieden. Lukt het ook op deze wijze niet om het geschil in overleg op te lossen, dan kan een rechter helpen.
Daartoe kent de wet een geschillenregeling. Deze regeling kan zorgen voor een gedwongen verkoop van aandelen, verdeling van stemrechten en een eerlijke prijsbepaling voor de aandelen. De regeling kent verschillende procedures. Zo is er de uitstotingsprocedure, waarbij een aandeelhouder gedwongen wordt zijn of haar aandelen over te dragen aan een andere aandeelhouder.
Daarnaast kent de geschillenregeling de procedure tot overdracht van stemrecht en de uittredingsprocedure, waarbij een aandeelhouder zelf uit de vennootschap stapt en zijn of haar aandelen overdraagt aan de overblijvende aandeelhouder(s). Tot slot noemen we de procedure tot waardebepaling. Deze procedure is vooral interessant als de aandeelhouders het wel eens zijn over het uittreden van een aandeelhouder, maar het niet eens kunnen worden over de prijs van de aandelen.
Sneller en eenvoudiger
Sinds 1 januari 2025 is de geschillenregeling sneller en eenvoudiger geworden. Zo hoef je niet meer naar een rechtbank, maar kun je meteen terecht bij de gespecialiseerde Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam. Andere belangrijke wijzigingen zijn:
- Ook het gedrag van een aandeelhouder buiten het aandeelhouderschap om als bestuurder of als privépersoon (wanbestuur of oneerlijke concurrentie) kan leiden tot uitstoting.
- Certificaathouders mogen nu ook (net als aandeelhouders) naar de Ondernemingskamer voor een verzoek om uittreding van aandeelhouders. Zij kunnen echter geen verzoek om uitstoting van aandeelhouders doen.
- De procedure is efficiënter gemaakt doordat deze niet meer met een dagvaarding begint, maar met een verzoekschrift. Hierdoor kan de Ondernemingskamer alle betrokkenen zelf betrekken en wordt alles in één procedure afgehandeld.
Tip
Een conflict tussen aandeelhouders heeft invloed op de bedrijfsvoering. Het is dus zaak om dit geschil zo snel mogelijk op te lossen. Maak gebruik van de nieuwe geschillenregeling als je er samen niet uitkomt.
Tips voor werkgevers en werknemers
Gewijzigde vergoedingen buitenlandse dienstreizen
Net als bij binnenlandse dienstreizen mag je als werkgever voor de vergoedingen van buitenlandse dienstreizen ook gebruikmaken van de verblijfskostenvergoedingen voor ambtenaren in de cao Rijk. Er gelden dan dezelfde voorwaarden en dezelfde fiscale gevolgen als voor ambtenaren. Mits jouw werknemers vanuit kostenoogpunt in gelijke omstandigheden verkeren als ambtenaren op dienstreis. Per 1 juli 2025 zijn de verblijfskostenvergoedingen tijdens buitenlandse dienstreizen gewijzigd. Deze vergoedingen zijn gericht vrijgesteld.
Uitzondering
Kun je de kosten voor een overnachting niet aannemelijk maken? Dan mag je een vergoeding geven van € 11,34 per overnachting voor maximaal 4 overnachtingen per dienstreis (paragraaf 10.3 cao Rijk). De vergoeding is dan niet gericht vrijgesteld, maar je mag dit wel aanwijzen als eindheffingsloon.
Terug van weggeweest: vereenvoudigde beoordeling 60-plussers
Eind vorig jaar eindigde de vereenvoudigde WIA-beoordeling voor 60-plussers. Zij krijgen sinds 1 januari 2025 weer een gewone WIA-beoordeling (medische beoordeling en een arbeidsdeskundige beoordeling) na 2 jaar (104 weken) of langer ziekte.
De vereenvoudigde regeling komt echter per 1 september 2025 weer terug. Deze regeling houdt in dat de WIA-beoordeling alleen door een arbeidsdeskundige wordt uitgevoerd. Een medische beoordeling door een verzekeringsarts blijft dan dus achterwege. Stemmen jij en je werknemer in met deze werkwijze, dan hebben jullie sneller duidelijkheid over de arbeidsongeschiktheid.
Bezwaar maken
Het is mogelijk om per post of online bezwaar te maken tegen de beslissing na een vereenvoudigde beoordeling. Het is daarom belangrijk om de beslissing van het UWV goed te (laten) bestuderen. Vraag bij eventuele onduidelijkheden in de beslissing om een nadere toelichting van het UWV. Het voordeel van de bezwaarprocedure is dat er dan alsnog een medisch onderzoek zal worden verricht door een verzekeringsarts.
Subsidie voor stimulering duurzamer reizen
Ben je aangesloten bij een ondernemersorganisatie, bijvoorbeeld een brancheorganisatie in het mkb of een ondernemers- of industrievereniging? Weet dan, dat je nog tot 1 oktober 2025 gebruik kunt maken van de nieuwe subsidieregeling Collectieven mkb Verduurzaming Reisgedrag (COVER).
Je kunt met deze regeling via een organisatie van ondernemers stappen zetten naar het blijvend verduurzamen van het reisgedrag van je werknemers. De ondernemersorganisatie kan daartoe namelijk bij de RVO subsidie aanvragen voor maximaal 75% van de kosten van projecten of activiteiten die leiden tot blijvend duurzamer reisgedrag van werknemers van aangesloten werkgevers. Per project kan maximaal € 100.000 subsidie worden verkregen. Voor de volgende verduurzamingsprojecten kan onder meer subsidie worden gekregen:
- het vervoer op bedrijventerreinen;
- de inzet van deelauto’s of deelfietsen;
- maatregelen die thuiswerken aanmoedigen;
- mobiliteitsbudget dat financieel voordeel geeft bij vergroening van woon-werkverkeer.
Let op
Ook de loonkosten of de kosten voor het inhuren van personeel voor projecten zijn subsidiabel.
Maak tijdig bezwaar tegen Wtl-beschikking 2024
Uiterlijk eind juli 2025 heb je de definitieve beschikking Lage-Inkomensvoordeel (LIV) en het Loonkostenvoordeel (LKV) over 2024 ontvangen van de Belastingdienst. Dit jaar wordt het LIV voor het laatst uitbetaald. Dit voordeel is per 1 januari 2025 afgeschaft.
Het is verstandig om de Wtl-beschikking goed te (laten) controleren en te vergelijken met de gegevens in jouw loonadministratie. Zijn bijvoorbeeld de correcties op de voorlopige beschikkingen die je vóór 1 mei jl. hebt doorgegeven, goed verwerkt? Zijn alle kwalificerende werknemers meegenomen in de beschikking of zitten er fouten in de berekening? Constateer je fouten in de definitieve beschikking, zorg er dan voor dat je binnen 6 weken bezwaar maakt of laat maken.
Is de beschikking juist vastgesteld, dan betaalt de Belastingdienst je de tegemoetkoming(en) binnen 6 weken na de datum van de beschikking uit.
Bezwaar maken bij overgang onderneming
Heb je in 2024 of eerder bij een overgang van een onderneming werknemers overgenomen? Dan heb je misschien recht op een LKV voor deze werknemers. Dat is aan orde als je werknemers hebt overgenomen van wie de doelgroepverklaringen op het moment van de overgang nog geldig waren. Dan gaat het recht op het LKV vanaf de overgang voor de resterende duur naar jou over. Je moet wel (een kopie van) de geldige doelgroepverklaringen van de overgenomen werknemer(s) in jouw administratie hebben opgenomen en het LKV over 2024 voor deze werknemers uiterlijk 1 mei jl. in de aangifte loonheffingen (of met een correctiebericht) hebben aangevraagd.
Heb je werknemers overgenomen of overgedragen? Dan kan je voor deze werknemers ook recht hebben op het LIV. Dat is het geval als de werknemer bij de overdragende en verkrijgende werkgever gezamenlijk voldoet aan de eis van 1.248 verloonde uren in 2024. En als het gezamenlijke gemiddelde uurloon van deze werknemer minimaal € 14,33 en maximaal € 14,91 is. De overdragende en verkrijgende werkgever krijgen het LIV dan uitbetaald over het aantal verloonde uren van de werknemer bij elk van hen.
Tip
Controleer in deze gevallen of die werknemers met een juiste tegemoetkoming in de Wtl-beschikking staan.
Aanvraagperiode subsidieregeling Praktijkleren loopt ten einde
Bied je in jouw bedrijf in het studiejaar 2025/2026 praktijk- of werkleerplaatsen aan? Dan kun je nog tot en met woensdag 17 september 2025, 17.00 uur subsidie aanvragen als tegemoetkoming in de begeleidingskosten. Deze subsidieregeling Praktijkleren is bedoeld om mensen beter voor te bereiden op de arbeidsmarkt.
De regeling richt zich vooral op kwetsbare groepen, studenten in sectoren met een dreigend tekort aan gekwalificeerd personeel en op wetenschappelijk personeel. De voorwaarden om voor de subsidie in aanmerking te komen verschillen per categorie. Het maximale subsidiebedrag is € 2.700 per gerealiseerde praktijk- of werkleerplaats.
Tips voor elke belastingbetaler
Eerste uitspraken massaalbezwaarplusprocedures
De eerste rechtbanken hebben uitspraak gedaan in de zogenoemde ‘massaalbezwaarplusprocedures’. Daarin zal worden vastgesteld of ook belastingplichtigen die geen (of niet tijdig) bezwaar hebben gemaakt over de oude jaren, ook recht hebben op rechtsherstel voor die jaren. De eerste rechtbankprocedures zijn door belastingplichtigen verloren, maar zij procederen door tot aan de Hoge Raad.
Een definitief oordeel van de Hoge Raad zal dus nog wel even duren. Het digitale OWR-formulier (zie hierna) maakt overigens geen onderscheid tussen belastingplichtigen die wel en niet (tijdig) bezwaar hebben gemaakt. Alle belastingplichtigen zien in het formulier in alle belastingjaren de optie: ‘Mijn werkelijke rendement box 3 opgeven’.
Wel of niet box-3-heffing terugvragen?
De Eerste en Tweede Kamer hebben ingestemd met het wetsvoorstel Tegenbewijsregeling box 3. Heb je een aantoonbaar lager werkelijk rendement dan het forfaitaire rendement in box 3? Dan kun je per jaar box-3-heffing terugvragen. Dat doe je met het digitale formulier ‘Opgaaf werkelijk rendement’ (OWR-formulier), dat nu beschikbaar is.
Bij het vaststellen van het werkelijke rendement mag je geen rekening houden met kostenaftrek, maar wel met aftrek van rente op schulden in box 3. Het OWR-formulier wordt gebruikt voor de aangiften inkomstenbelasting over 2017 tot en met 2024. Vanaf de aangifte 2025 wordt de mogelijkheid van het tegenbewijs opgenomen in het aangiftebiljet.
De tegenbewijsregeling geldt tot de invoering van de Wet werkelijk rendement box 3 (voorlopig per 2028), die inmiddels ter behandeling bij de Tweede Kamer ligt.
Wie kan rechtsherstel krijgen?
Het rechtsherstel geldt voor iedereen met een aantoonbaar lager werkelijk rendement dan het forfaitaire rendement in de jaren 2021 en later. Voor de jaren 2019 en 2020 krijg je rechtsherstel als je op 24 december 2021 (de dag van de Hoge Raad-arresten waarmee het allemaal begon) een definitieve aanslag had die nog niet onherroepelijk vaststond en jij (of jouw adviseur) ter voorkoming van verjaring binnen 5 jaar na het einde van het belastingjaar, tijdig een verzoek ambtshalve vermindering hebt ingediend. Voor de jaren 2017 en 2018 kun je voor rechtsherstel in aanmerking komen als jij (of jouw adviseur) tijdig bezwaar hebt gemaakt.
Beperkt rechtsherstel
Per jaar bepaalt het totale rendement over jouw hele vermogen of je eventueel recht hebt op rechtsherstel. Naast directe rendementen als rente-, dividend- en/of huurinkomsten, moet je bij het bepalen van dit totale werkelijke rendement ook de ongerealiseerde waardeontwikkelingen van je vermogen betrekken. Denk aan de waardeverandering van jouw effectenportefeuille, vastgoed of cryptovaluta.
Hierdoor is rechtsherstel lang niet altijd mogelijk. Een slecht jaar op de beurs kan bijvoorbeeld gecompenseerd zijn in datzelfde jaar door een positieve waardeverandering op vastgoed. Waarschijnlijk kom je met name voor rechtsherstel in aanmerking als je bijvoorbeeld alleen spaargeld, laagrentende vorderingen en beleggingen hebt die in een bepaald jaar verlies hebben geleden. Vooral in 2022 hebben de beleggingen een negatief resultaat behaald, maar in individuele gevallen kan dat ook in andere jaren spelen.
OWR-formulier
Als je tot de doelgroep van de tegenbewijsregeling behoort, krijg je per belastingjaar een brief van de Belastingdienst. Daarin word je geattendeerd op de mogelijkheid om via het OWR-formulier box-3-heffing terug te vragen. Wil je hiervan gebruikmaken, dan zijn twee termijnen van belang.
Het OWR-formulier moet binnen 26 weken bij de Belastingdienst zijn ingediend als jouw belastingadviseur jouw aangifte onder zijn beconnummer heeft ingediend. In andere gevallen is de termijn 12 weken. De termijnen beginnen te lopen vanaf de dagtekening van de brief van de Belastingdienst.
Alsnog aftrek betaalde lijfrentepremie – hoe dan?
Betaalde lijfrentepremies zijn aftrekbaar en de latere lijfrente-uitkeringen zijn belast. Dat is de hoofdregel, maar wat nu als je vergeten bent om de door jou betaalde lijfrentepremie in aftrek te brengen in je aangifte inkomstenbelasting. Niet getreurd, er is dan bij uitkering nog de saldomethode, waarvan je gebruik kunt maken.
Deze methode houdt in dat een deel van de toekomstige uitkeringen onbelast blijft. Van belang is wel dat je moet kunnen aantonen dat de lijfrentepremie is betaald én niet is afgetrokken. De lijn in de rechtspraak is hier vrij hard.
Kan je de premiebetaling niet bewijzen? Dan wordt jouw verzoek om toepassing van de saldomethode afgewezen. Bewaar daarom oude aangiftes en betalingsbewijzen zorgvuldig, zodat je eenvoudig kunt aantonen dat je de lijfrentepremies wel hebt betaald, maar niet hebt afgetrokken.
Schenken met gesloten beurs
Je kunt bij leven een bedrag schenken dat je direct schuldig blijft. Dit wordt een schuldigerkenning uit vrijgevigheid (ook wel; ‘papieren schenking’) genoemd. Deze schenking vindt plaats op het moment van het sluiten van de schenkingsovereenkomst. Door de schuldigerkenning nemen jouw liquide middelen dan niet daadwerkelijk af. De schenking is uiterlijk opeisbaar bij jouw overlijden.
Als de schuldig gebleven schenking in aftrek moet komen van de nalatenschap, gelden er specifieke voorwaarden. Eén daarvan is het vereiste van een notariële akte. Ook als je andere opeisbaarheidsgronden opneemt in de schenkingsovereenkomst, zoals bijvoorbeeld een opname in een verzorgingstehuis, is een notariële akte nodig.
Tip
Heb je echter genoeg liquide middelen? Dan zijn er wel alternatieven, waardoor een notariële akte wellicht niet nodig is. Neem hiervoor contact op met een estate planner.
Check je recht op zorgtoeslag
Veel mensen, met name ondernemers, weten niet dat zij in aanmerking kunnen komen voor zorgtoeslag. De Dienst Toeslagen heeft daarom brieven gestuurd naar mensen die mogelijk nog in aanmerking komen voor deze toeslag over 2024. Zij kunnen de toeslag dan nog tot en met 1 september 2025 aanvragen via Mijn toeslagen.
Dat geldt mogelijk ook voor jou. Je kunt bijvoorbeeld ook in aanmerking komen voor de zorgtoeslag als je met een inkomensdaling te maken hebt gehad, bijvoorbeeld doordat je minder bent gaan werken of door een echtscheiding. Check of je zorgtoeslag kunt krijgen, maak een proefberekening en verminder de premielast van je zorgverzekering.
Ben je 18 jaar of ouder en heb je een Nederlandse zorgverzekering? Dan kun je recht hebben op de zorgtoeslag. In 2024 bedroeg deze toeslag maximaal € 123 per maand als je alleenstaand bent of € 236 per maand als je een toeslagpartner hebt. Naast de genoemde voorwaarden moet je ook voldoen aan een inkomenseis en een vermogenseis.
Tip
Overigens kun je ook een proefberekening maken voor je recht op huurtoeslag en het kindgebonden budget. Wil je deze toeslagen nog aanvragen voor 2024? Ook dan geldt de deadline van 1 september 2025. De kinderopvangtoeslag vraag je aan binnen 3 maanden nadat je kind voor het eerst naar de kinderopvang gaat.
Geld pinnen blijft mogelijk
Hoewel we steeds meer digitaal betalen, blijft er ook behoefte bestaan aan contant geld. Om de beschikbaarheid van contant geld via een geldautomaat ook voor de toekomst te garanderen, heeft demissionair minister Heinen van Financiën het wetsvoorstel ‘Chartaal betalingsverkeer’ ingediend bij de Tweede Kamer. Deze wet verplicht grote banken om een landelijk dekkend netwerk van geldautomaten in stand te houden. Dit betekent dat er binnen een straal van 5 kilometer een werkende geldautomaat voorhanden moet zijn. De banken mogen hiervoor geen kosten in rekening brengen aan particulieren.
Voor ondernemers en andere betaalrekeninghouders gaan maximumtarieven gelden. Tot slot wordt in deze wet ook geregeld dat middelgrote (meer dan 500.000 klanten) en grote banken het voor hun klanten mogelijk moeten maken om bankbiljetten te storten bij geldautomaten. Zij kunnen hiervoor gebruikmaken van het geldautomatennetwerk van Geldmaat. Dit wordt kosteloos voor particulieren. De Nederlandsche Bank zal toezicht houden op de naleving van de nieuwe wet.